Maatschappij
van Weldadigheid

Unesco Werelderfgoed, De koloniën van Weldadigheid.

In 2011 zijn de Koloniën van Weldadigheid opgenomen in de Voorlopige Lijst Werelderfgoed van Unesco en binnenkort hopen ze de officiële status te krijgen.

Als de 37 jarige Johannes van den Bosch uit Indië terugkeert en nog mee helpt om de Fransen uit Nederland te verjagen is er veel armoede en wanorde in Nederland. Van den Bosch is ervan overtuigd dat gebrek aan arbeid één van belangrijkste bronnen van armoede is. Hij stelt de oprichting van landbouwkoloniën voor, waar de verpauperde burgers huisvesting, arbeid, scholing en zorg wordt geboden. (Hier was in 1818 dus al het begin van onze huidige verzorgingsstaat.) zo krijgen zij de mogelijkheid om aan de armoede te ontsnappen. Voor de uitvoering van dit plan wordt in 1818 de Maatschappij van Weldadigheid opgericht en wordt het grotendeels onontgonnen landgoed Westerbeecksloot in Vledder aangekocht. Er bevinden zich het huis Westerbeek, enkele boerderijtjes en een logement.

Unesco logo
Stichting Maatschappij van Weldadigheid
Maatschappij van Weldadigheid
Koloniehuisje Frederiksoord

De eerste Koloniën

Op 25 augustus van 1818 legt Generaal Johannes van den Bosch de eerste steen voor de bouw van 53 koloniewoningen in het gebied. Deze eerste kolonie wordt Frederiksoord genoemd, naar Prins Frederik, die lange tijd voorzitter van het hoofdbestuur is. Later volgen Willemsoord, Wilhelminaoord, Boschoord, Veenhuizen, Ommerschans, Wateren en in de zuidelijke Nederlanden  (België) Wortel en Merksplas. Er worden scholen en kerken gebouwd en verder alles wat nodig is om zelfvoorzienend te zijn. In 1823 wordt in Wateren het Instituut voor Landbouwkundige Opvoeding gesticht. Een soort van hoger beroepsonderwijs, want onderwijs is bij de Maatschappij van Weldadigheid een van de speerpunten van het beleid.
De Maatschappij van Weldadigheid had grote idealen, maar er kwamen tegenslagen. Daardoor kwam de Maatschappij van Weldadigheid in Financiële nood en verkocht in 1859 de koloniën Veenhuizen, Ommerschans en Wateren.

Huize Zorgvliet

De kolonie Wateren wordt gekocht door J.F. de Ruijter de Wildt. Hij begint gelijk met de bouw van een herenhuis met 18 kamers en in 1862 is de bouw voltooid. De villa kreeg
de naam “Huize Zorgvliet”. Naar de naam van deze villa werd het huidige plaatsje Zorgvlied genoemd. In 1879 toen het dorp volgens een volkstelling maar 4 huizen telde, kochten de gebroeders Lodewijk Guillaume Verwer en Julius Verwer het landgoed. Omstreeks 1885 kwam het hele bezit in handen van Lodewijk Guilaume. Deze heeft veel gedaan voor de ontwikkeling van het dorp Zorgvlied. Hij heeft uitgestrekte bossen aangelegd, land ontgonnen, boerderijen laten bouwen die hij verpachtte aan veelal rooms katholieke boeren. Speciaal voor zijn geloofsgenoten stichtte hij in 1884 de Heilige Andreas parochie (RK kerk).

Huize Zorgvlied
sint andreas parochie kerk
Café in Zorgvlied

De Heer Verwer

Voor de huisvesting van de bejaarden werd drie jaar later de Sint Anthony Gasthuis op gericht. De woningen zijn gebouwd op de plaats waar eerder een vleugel van de voormalige landbouwschool stond. In 1887 stichtte hij drie zuivelfabrieken o.a. een in Elsloo. Vanaf 1889 richtte Verwer zich op de teelt van tabak en kwam het tot de bouw van een sigarenfabriek met 30 werknemers. Bovendien liet Verwer in Zorgvlied een bakkerij, een café en een heuse bank bouwen, de Noordelijke Hypotheekbank.
In 1919 is Villa Zorgvlied met 40 ha. land verkocht aan de familie Ackermann, zij hadden hier een tehuis voor ontheemde kinderen. In 1938 heeft de heer Ackermann het landgoed verkocht aan de gebroeders Pasman die de grote villa lieten afbreken. Veel van dit materiaal is in Zorgvlied hergebruikt.

Meer weten over de Kolonie van Weldadigheid ga dan naar museum de Proefkolonie.